Volgens een eeuwenoud cliché staat kennis gelijk aan macht. Een andere versie van dezelfde gedachte verhaalt over een land vol blinden en een persoon met één oog. Als je iets weet, wat verder niemand anders weet, ben je een gelukkig mens. Je kan jouw unieke kennis immers aanwenden voor eigen voordeel of om anderen te slim af te zijn. En je zou dan ook wel gek moeten zijn om die kennis te delen. Voor je het weet, woon je als éénoog in een land vol éénogen. Zie dan de troon maar eens te behouden. Waar dit cliché geen rekening mee houdt, is het feit dat degene met unieke kennis het ook wel eens prettig kan vinden daarover met iemand een goed gesprek te voeren. Daarnaast zou het delen van de kennis zeker bijdragen aan de toepassing ervan. En laten we eerlijk zijn, daar gaat het uiteindelijk toch om. Een goede mop hou je ook niet voor jezelf, die vertel je verder.
Dit principe klinkt simpel. Toch geloven veel ondernemers nog steeds in het geheim van de smid. Een geheim dat ze met hand en tand verdedigen. Wat ze vergeten, is dat ieder kind een zoekmachine bij de hand heeft. Het geheim van de smid is tegenwoordig gewoon te googelen. Consumenten gaan daarom liever naar een concurrent die wel bereid is hen dingen te leren. De garagehouder die je iets leert over de motor van de auto. De schoenmaker die je vertelt hoe je zelf je sneakers repareert.
Daarom vertel ik de gasten in mijn bakkerij graag hoe zij thuis de beste broden kunnen bakken, maak ik geen geheim van de samenstelling van mijn broden en vlaaien, en doe ik andere ondernemers graag uit de doeken hoe we werken. Laatst heb ik een paar lezingen mogen geven aan de Universiteit van Maastricht aan de studenten van Health Food and Innovation Management, campus Venlo. Deze studenten leren heel veel over theoretische toepassingen van voeding. Tijdens de lezingen heb ik niet alleen mijn gedachte verteld over Fastfoodbrood vs Slowfoodbrood, maar ze hebben zelfs ook brood mogen maken. Hierdoor krijgen ze het gevoeld van brood. Ze hebben ook inzicht gekregen over de verschillende soorten granen; Spelt, Tarwe, Tritordeum ect. Wat zijn hun voedingswaarde en hoe pas je ze toe in de broden.
Door samen te werken met onze graantelers, de molenaar, andere streekproducenten en natuurlijk studenten ben ik zelfs ervan overtuigd dat we de oplossing vinden in de toekomst door alles te leren van onze ambachten. Vaak pak ik de oude boeken van mijn opa en zie de oplosing. Toen wisten ze vaak niet waarom, maar nu wordt het juist bewezen door de wetenschap. Tijdens de lezing heb ik verteld dat we een nieuwe boom moeten planten met een gezonde grond. Dat heeft juist ons Limburgse landschap, tevens ook beter voor de uitstoot van CO2.
Je zou kunnen zeggen dat ik help om mijn toekomstige concurrenten op te leiden. Ik heb hierdoor een groot netwerk van regionale producenten opgebouwd. Daarnaast hoop ik dat ik zo kan bijdragen aan de wederopstanding van echt brood. Want stel je toch eens voor dat flauwe fastfoodbroden tot het verleden gaan behoren. Deze worden te snel gemaakt en hebben geen smaak, waardoor er te veel zout wordt toegevoegd. Iedereen in Nederland moet kunnen genieten van heerlijke, gezonde ambachtelijk gemaakte deegwaren…
Dus echte Slowfoodbrood. Ik noem dat Ambachten van de Nieuwe Stijl.